Toegang tot het minimumpensioen verschillend naargelang het pensioenstelsel – Toepassing van de wetgeving aan de basis van paradoxale toestanden bij gemengde loopbanen – Voorzien in een
harmonisering van de teksten in de drie stelsels om de toekenning van een minimumpensioen mogelijk te maken in zoveel mogelijk gevallen,
JV 2009, p. 110.
Cumulatie van een overlevingspensioen en een vervangingsinkomen gedurende 12 maanden – Beperking van het overlevingspensioen tot het bedrag van de IGO – Informatie over het toekenbare bedrag na afloop van de periode van cumulatie – Uiteenlopende interpretaties – Algemene aanbeveling, JV 2010, p. 164.
Cumulatie van een pensioen met inkomsten uit een beroepsactiviteit, JV 2011, p. 95:
1ste geval:
opzegvergoeding
Een opzegvergoeding ontvangen na ontslag wordt door de PDOS wel in
aanmerking genomen bij de vaststelling van de beroepsinkomsten doch
niet door de RVP. Het verschil tussen de regeling in de openbare sector en
de werknemersregeling bestaat nog steeds.
2de geval:
dubbel vakantiegeld
Sedert 2011 (inkomsten 2010) nemen de RVP en de PDOS het vakantiegeld
in aanmerking in het jaar waarin het betaald wordt en niet langer in het
jaar waarop het betrekking heeft. In de praktijk neemt de RVP het dubbel
vakantiegeld niet meer in aanmerking terwijl de PDOS een wetswijziging
afwacht om niet langer het dubbel vakantiegeld in aanmerking te nemen.
3de geval:
rechtzetting van de inkomsten
Wanneer aan de gepensioneerde uit de openbare sector de terugbetaling
gevraagd wordt van ten onrechte ontvangen pensioenbedragen dan kan
hij steeds vragen om zijn dossier te herzien op basis van het bewijs dat
zijn inkomsten lager liggen dan deze verklaard aan de fi scus en door de
fiscus als dusdanig belast. De PDOS wacht niet op een rechtzetting van de
belastingsaanslag.
4de geval:
bewijslast
De gepensioneerde die niet antwoordt op de vragen van de PDOS betreffende
zijn beroepsinkomsten ziet zijn pensioen geschorst. Wij pleiten ervoor dat
deze zware sanctie enkel zou worden toegepast wanneer er een (begin
van) bewijs is dat de toegelaten grenzen overschreden werden. Wij vragen
dat de PDOS in de toekomst samenwerkt met de andere pensioendiensten
(RVP voor een tewerkstelling als werknemer, RSVZ voor een zelfstandige
activiteit).
5de geval:
vakantiegeld bij uitdiensttreding
Maakt het enkel vakantiegeld al dan niet deel uit van de beroepsinkomsten
wanneer het overeenstemt met niet opgenomen vakantiedagen bij het
stopzetten van een activiteit?
6de geval:
geproratiseerd grensbedrag
Het aanvatten van een beroepsactiviteit boven de toegelaten grenzen in de
loop van een jaar kan voor onaangename verrassingen zorgen, voornamelijk
voor de gepensioneerde werknemers. De RVP belooft voortaan de aandacht
van de gepensioneerde te vestigen op het feit dat in zijn stelsel de controle
van de grenzen altijd gebeurt per volledig kalenderjaar.
Recht op intresten van rechtswege in toepassing van het Handvest van de sociaal verzekerde – Betaalde intresten soms aanzienlijk – Toekenning op
uitdrukkelijke vraag behoudens uitzonderingen – Gebrek aan informatie van het grote publiek – Vertrekpunt voor de berekening van de intresten – Geen minimumbedrag voorzien voor betaling, JV 2011, p. 116.
1ste geval:
meer dan peanuts
De intresten zijn niet altijd verwaarloosbaar. Soms gaat het over aanzienlijke
bedragen.
2de geval:
vertrekpunt van de berekening
Vertrekpunt van de berekening van de intresten. De PDOS kent de intresten
toe na 4 maanden en niet langer na 8 maanden te rekenen vanaf de datum
van de aanvraag.
3de geval:
geen minimumbedrag
Het RSVZ betaalt geen intresten uit indien het bedrag ervan lager is dan vijf
euro – Geen wettelijke basis voor deze administratieve praktijk.
Administratieve vereenvoudiging en coördinatie tussen de
pensioendiensten, JV 2011, p.122.
1ste geval:
gemeenschappelijke vragenlijst
In het geval van een gemengde loopbaan onderzoekt elke pensioendienst zijn
dossier en maakt hij gebruik van zijn eigen formulieren zonder systematisch
gebruik te maken van de informatie die bij andere pensioendiensten
beschikbaar is. Aan de aanvragers worden dezelfde vragen verschillende
keren gesteld. Brengt een vragenlijst gemeenschappelijk aan de drie grote
pensioendiensten een oplossing?
2de geval:
domino-effect
Het domino-effect in de dossierbehandeling. De RVP en/of het RSVZ kunnen
hun onderzoek niet beëindigen omdat de PDOS wacht op inlichtingen om het
pensioen in de openbare sector te kunnen berekenen. Hij wacht om de beslissing
te versturen zonder rekening te houden met het gemeenschappelijke doel.
De drie pensioendiensten staan voor een uitdaging: de actiebereidheid om
gemeenschappelijke belangen op het voorplan te zetten (Commitment).
3de geval:
automatische uitwisseling van model 74
Inlichtingen met betrekking tot de voorwaarden tot betaling van het pensioen
(formulier Mod. 74). De gepensioneerde stuurde best het formulier aan elke
dienst die hem een pensioen kan betalen. Sedert oktober 2011 zorgt een
nieuwe functie in het HERMES programma voor een betere automatische
uitwisseling van deze informatie tussen de pensioendiensten.
4de geval:
polyvalentie
Beperkte toepassing van de regels inzake polyvalentie door de PDOS
Pensioenachterstallen of onverschuldigde pensioenbedragen – Toepassing van
de verjaring – Onderzoek naar de administratieve praktijken, JV 2011, p. 134.
1ste geval: melding pensioen in een ander stelsel
Een echtpaar geniet een gezinspensioen in de regeling voor werknemers.
Eén van hen bekomt in een andere regeling een pensioen waardoor het
gezinspensioen niet meer betaalbaar is. De toekenning van dit andere
pensioen wordt niet aan de RVP gemeld. Moet het echtpaar drie jaar of zes
maanden onverschuldigde pensioenbedragen terugbetalen?
2de geval: verklaring van verkoop onroerend goed
Een gepensioneerde verklaart aan de RVP de verkoop van een onroerend
goed twee maanden na het verlijden van de akte. Is deze verklaring laattijdig
of niet? Welke verjaringstermijn moet toegepast worden tot terugvordering
van teveel ontvangen bedragen inzake IGO?
3de geval: geldige betekening van de stuiting
Teveel ontvangen pensioenbedragen worden teruggevorderd zonder een
geldige betekening van een wijzigende beslissing die de verjaring stuit.
4de geval: datum van aanvraag geldt als datum van stuiting
Een gepensioneerde die in het buitenland woont dient zijn pensioenaanvraag
in meer dan 10 jaar na zijn 65ste verjaardag. Deze aanvraag geldt als
stuiting van de verjaring op voorwaarde dat de betaalopdracht de correcte
datum vermeldt.
Beperking van het recht op overlevingspensioen tot een periode van twaalf
maanden voor de langstlevende echtgenoot die minder dan één jaar gehuwd
was – Recente jurisprudentie van het Grondwettelijk Hof – In aanmerking nemen
van een eventuele periode van wettelijke samenwoning voorafgaand aan het
huwelijk om na te gaan of aan de voorwaarde van één jaar huwelijk voldaan
is – Aangepaste administratieve praktijk bij de RVP, het RSVZ en de PDOS, JV 2011, p. 141.
1ste geval:
De RVP houdt met de nieuwe jurisprudentie rekening in zijn beslissingen inzake overlevingspensioen vanaf 25 maart 2009. Op onze vraag werd er door de RVP in zijn formulieren een lid toegevoegd dat aan de langstlevende echtgenoot de mogelijkheid biedt om in voorkomend geval een periode van wettelijke samenwoning voorafgaand aan het huwelijk te melden.
2de geval:
De PDOS houdt rekening met de jurisprudentie van het Grondwettelijk Hof
in de toekenning van het overlevingspensioen vanaf 1 april 2011.
Herstel van schade opgelopen door een fout van de administratie – Het Burgerlijk Wetboek voorziet in de toekenning van moratoire intresten in
geval van laattijdige betaling van een geldsom – Bekomen van intresten
werd gemakkelijker vanaf 1997 door de wet tot invoering van het Handvest van de sociaal verzekerde – Zou het nu, vijftien later, denkbaar zijn om verder te gaan in de erkenning van een schade en het herstel ervan?
JV 2012, p. 104.
Loopbaanvoorwaarde voor de toegang tot het vervroegd pensioen – Enkele voorbeelden van problemen uit klachten, JV 2013, p. 86.
Voorbeeld 1. Onderzoek van de loopbaanvoorwaarden voor vervroegd pensioen in het geval van een gemengde loopbaan – Bevestiging van de buitenlandse loopbaan door de buitenlandse pensioeninstelling – Laattijdige en tegenstrijdige beslissingen.
Voorbeeld 2. Onderzoek van de loopbaanvoorwaarden voor vervroegd pensioen in het geval van een gemengde loopbaan – Belang van een correcte toepassing en interpretatie van gegevens afkomstig van andere pensioendiensten.
Voorbeeld 3. Gebrek aan interne (RVP) en externe (RVP-PDOS) coördinatie –
Laattijdige beslissing.
Voorbeeld 4. Langere behandelingsduur van het dossier bij de RVP door een
administratieve praktijk bij de PDOS – Verbetering ten vroegste verwacht in
2015 – Gebrek aan informatie.
Voorbeeld 5. Maatregelen die afwijken van de loopbaanvoorwaarde voor de
toegang tot het vervroegd pensioen – Uitbreiding van de betrokken categorieën
van werknemers door de wet van 24 juni 2013 en het koninklijk besluit van 11
juli 2013 – Meerdere maanden van bang afwachten voor de bedoelde personen.
Beheer van verplichte inhoudingen (Ziekte- en invaliditeitsverzekering – ZIV,
solidariteitsbijdrage, bedrijfsvoorheffing) door de pensioendiensten (RVP, PDOS/CDVU, DOSZ, Ethias, NMBS) – Uiteenlopende praktijk op het vlak van informatieverstrekking (actief of passief) en terugbetaling (ambtshalve of op vraag) – Gebrek aan coördinatie.
JV 2013, p. 103.
Vrijwillig werken na de pensionering, JV 2013, p. 111.
Interacties tussen het pensioen en het uitoefenen van een beroepsactiviteit – Wat met de opbouw van pensioenrechten? Een gerechtvaardigd verschil in behandeling gelet op de verschillende pensioenstelsels of een effectieve discriminatie?
JV 2016, p. 69.
Telefonische bereikbaarheid van de pensioenlijn
1765 vanuit het buitenland.
JV 2017, p. 77.
Telefonische bereikbaarheid van de pensioenlijn
1765 afdeling FPD in het algemeen.
JV 2017, p. 79.
De pensioenregeling voor de achtergebleven echtgeno(o)t(e) bij de afwezigheid van de pensioengerechtigde.
JV 2017, p. 84.
De Federale Pensioendienst contacteren vanuit het buitenland: een tijdlang in 2018 mission impossible !?- Verbetering na bemiddeling door de Ombudsman.
JV 2018, p. 25.
Informatie op Mypension; oproep aan de pensioendiensten om in meer gevallen de vraag aan de toekomstig gepensioneerden om ontbrekende periodes van opvoeding van een kind jonger dan 6 jaar te melden te voorzien.
JV 2022, p. 19.
Informatie op Mypension; oproep aan de toekomstig gepensioneerden een paar jaar voor het bereiken van de vroegst mogelijke pensioendatum zeker de loopbaangegevens te controleren
JV 2022, p. 22.
Informatie op Mypension; oproep aan de toekomstig gepensioneerden de loopbaangegevens vanaf dat men een tewerkstelling aanvat best regelmatig te controleren
JV 2022, p. 24.
Informatie op Mypension; oproep aan de pensioendiensten de correctheid van de loopbaangegevens na de melding door de gepensioneerde van een vermeende fout zo snel mogelijk te onderzoeken en desgevallend aan te passen
JV 2022, p. 25.
Informatie op Mypension; oproep aan de pensioendiensten de correctheid van de loopbaangegevens een paar jaar voor het bereiken van de vroegst mogelijk pensioendatum proactief te controleren
JV 2022, p. 27.
Informatie op Mypension; oproep aan de pensioendiensten om de vroegst mogelijk pensioendatum niet te publiceren wanneer er in de berekeningsmodule een fout werd vastgesteld
JV 2022, p. 27.
Informatie op Mypension; oproep aan de pensioendiensten om de problemen met het opladen van antwoorden in mypension volledig op te lossen zodat de antwoorden op vragen gesteld door (toekomstig) gepensioneerden steeds in mypension terug te vinden zijn
JV 2022, p. 28.
Vermeldingen op fiscaal attest inzake regularisatiebijdrage studieperiode.
JV 2022, p. 37.
Oproep tot verbetering van gegevensuitwisseling betreffende ZIV-inhouding, solidariteitsbijdrage en
bedrijfsvoorheffing.
JV 2022, p. 80.
Recht op vergissing door de (toekomstig) gepensioneerde:
Telefonische bereikbaarheid van de pensioenlijn 1765; JV 2022, p. 109.
Strijd tegen de armoede: oproep tot tijdige publicatie van de nieuwe aangepaste niet voor beslag vatbare drempelbedragen inzake pensioenen en tot tijdige toepassing hiervan door de FPD; JV 2022, p. 121.